URI
URI's zijn unieke verwijzingen naar digitale objecten. Dat kunnen afbeeldingen zijn, teksten, filmpjes, maar ook metadatarecords in een collectieregistratiesysteem.
Binnen URI worden twee subklassen onderscheiden.
Persistentie: De URN-standaard kan diverse naamruimtes door elkaar gebruiken. Het is een combinatie van een identifier (een toegekende code) en een aanduiding van de naamruimte (namespace). Binnen de naamruimte zijn de identifiers uniek en in een gespecificeerd formaat. De autoriteit die verantwoordelijk is voor de naamruimte ziet daar op toe. Voor URN is het een vereiste dat elke naamruimte-aanduiding wereldwijd uniek is, waarmee ook iedere URN uniek is. Voor sommige objecttypen bestaan al (internationale) naamruimtes.
Voorbeelden zijn het Internationaal Standaard Boeknummer (ISBN) bv: urn:ISBN:90-9017753-1 en het National Bibliographic Number (NBN) bv: urn:nbn🇩🇪bsz:93-opus-59. Voor andere objecttypen zouden nieuwe naamruimtes geregistreerd moeten worden. 'Resolving: Het is essentieel dat URN's zijn voorzien van functionaliteit die de gebruiker (mens of machine) zo dicht mogelijk bij het object brengt dat door de URN geïdentificeerd wordt. Idealiter resulteert het activeren van de URN direct tot het verkrijgen van het object. In de praktijk zijn er enkele obstakels. Zo zijn lang niet alle objecten digitaal. In dat geval brengt een URN de gebruiker zo dicht mogelijk bij het fysieke object, door bijvoorbeeld de (digitale) beschrijving van een schilderij te tonen, of een mogelijkheid te bieden tot het lenen van een bibliotheekboek.
- URL's (Uniform Resource Locators)
- URN's (Uniform Resource Names)
Persistentie: De URN-standaard kan diverse naamruimtes door elkaar gebruiken. Het is een combinatie van een identifier (een toegekende code) en een aanduiding van de naamruimte (namespace). Binnen de naamruimte zijn de identifiers uniek en in een gespecificeerd formaat. De autoriteit die verantwoordelijk is voor de naamruimte ziet daar op toe. Voor URN is het een vereiste dat elke naamruimte-aanduiding wereldwijd uniek is, waarmee ook iedere URN uniek is. Voor sommige objecttypen bestaan al (internationale) naamruimtes.
Voorbeelden zijn het Internationaal Standaard Boeknummer (ISBN) bv: urn:ISBN:90-9017753-1 en het National Bibliographic Number (NBN) bv: urn:nbn🇩🇪bsz:93-opus-59. Voor andere objecttypen zouden nieuwe naamruimtes geregistreerd moeten worden. 'Resolving: Het is essentieel dat URN's zijn voorzien van functionaliteit die de gebruiker (mens of machine) zo dicht mogelijk bij het object brengt dat door de URN geïdentificeerd wordt. Idealiter resulteert het activeren van de URN direct tot het verkrijgen van het object. In de praktijk zijn er enkele obstakels. Zo zijn lang niet alle objecten digitaal. In dat geval brengt een URN de gebruiker zo dicht mogelijk bij het fysieke object, door bijvoorbeeld de (digitale) beschrijving van een schilderij te tonen, of een mogelijkheid te bieden tot het lenen van een bibliotheekboek.
Organisatie
Specificaties
Medium
Deze pagina is laatst aangepast op 25 augustus 2016